21 april 1984: Nog steeds 'geen vrede met kernenergie'
|
Zoeken: boycotten & moeilijk betalen, 1970-1979
Uitkomsten
- boycotten & moeilijk betalen:
- Het oproepen tot, of daadwerkelijk, niet meerwerken of meebetalen. Of het onder protest 'moeilijk' betalen waardoor administratie problemen oplevert
- 1970-1979:
- de jaren tussen 1970 en 1979
Kalkar-heffing
In 1973 wordt het wetsontwerp 'financiering ontwikkeling snelle kweekreaktor' door min. Langman (EZ) ingediend. In maart en april wordt het behandeld in de kamer en wordt het wetsontwerp aangenomen met de stemmen van PvdA, PPR, CPN, D'66, PSP en de Boerenpartij tegen. Deze wet regelt hoe Nederland haar bijdrage aan de kweekreactor in Kalkar zal betalen: met een extra heffing van 3% op ieders elektriciteitsrekening.
Deze heffing die per 1 juli 1973 in gaat is een belangrijke accelerator in het verzet tegen kernenergie in Nederland. Al snel weigeren mensen die bijdrage te betalen en er ontstaan veel plaatselijke groepen die protesteren en verzet organiseren tegen Kalkar en de heffing. In totaal zullen duizenden mensen (en organisaties, politieke partijen en zelfs tientallen gemeenteraden) weigeren die 'kalkar-heffing' te betalen; vele individuen worden door de elektriciteitsmaatschappijen afgesloten.
De regering moet al snel bakzeil halen; al in 1974 schrijft Lubbers (minister EZ in kabinet Den Uyl) in de Energienota dat, hoewel de beslissing pas kort geleden is genomen "er nu reeds aanleiding (is) dit project en de toekomst daarvan opnieuw op zijn verdiensten te bezien". Hij kondigt aan dat de heffing per 1 januari 1977 beëindigd wordt, hoewel als einddatum 1-1-1980 wordt genoemd in de wet van 1973. Lubbers stelt ook een fonds in waar weigeraars hun geld op kunnen storten en haalt hiermee voor een deel de angel uit de strijd. Maar de kiem van een brede anti-kernenergie beweging is dan al gelegd.
In 1972, toen Nederland besloot mee te doen was het de planning dat de bouw in 1973 begon en de kweekreactor in 1978 geopend zou worden. De kosten zouden (incl. inflatie) fl. 1,5 miljard zijn. Nederland zou daarvan 212 miljoen betalen. De bouw begon op 24 april 1973 en was in 1985 voltooid. Het was wachten op de laatste vergunningen. Maar Kalkar werd, na een beslissing in 1990 van de Duitse regering om de reactor niet in gebruik te nemen, verkocht en is nu een (slecht lopend) pretpark. De totale bouwkosten worden geschat op ruim 10 miljard gulden (4, 5 miljard euro).
Boycott reactorvaten voor Zuid-Afrika
De industriebond NVV (later samen met NKV tot FNV gefuseerd) besluit haar leden op te roepen tot een boycot van eventuele opdrachten tot het bouwen van reactorvaten voor Zuid-Afrika. Al sinds juli 1974 is er sprake van levering van 2 reactoren door het consortium RSV/VBB/Comprimo aan de Zuid-Afrikaanse elektriciteitsmaatschappij Escom. Het kabinet moet beslissen over een kredietgarantie voor de order en heeft het daar moeilijk mee. Vooral de PPR en later ook de PvdA (in het eerste kabinet Den Uyl -PvdA, PPR en KVP) willen niet. Lubbers (Min. EZ) zegt af te treden als de kredietgarantie niet door gaat. Het kabinet kan geen beslissing nemen en laat dead-line na dead-line verlopen met uitstel vragen. De order wordt uiteindelijk begin juni 1976 gegund aan Framatome. Lubbers treedt echter niet af.
Werknemers weigeren overslag radioactief afval
Al 11 jaar lang komt er elk jaar een trein met radioactief afval uit Zwitserland aan bij de Hoogovens in IJmuiden. Dit (laag- en middel actief) afval wordt samen met net Nederlandse en Belgische kernafval in de oceaan gedumpt. Veertig werknemers van de Hoogovens laten dit jaar weten dat ze niet betrokken willen worden bij het lossen van deze trein. De vakbonden nemen deze eis over en de 40 worden inderdaad niet ingezet bij het lossen van de trein en laden van het dumpingsschip. "Te riskant" zeggen ze, en bovendien vinden ze het “uit milieu-oogpunt een slechte zaak dat het afval vervolgens in de Atlantische Oceaan wordt gedumpt”. De vakbonden nemen deze eis over, dreigen met acties als de Hoogovens ‘het hard gaan spelen’ en de 40 worden inderdaad niet ingezet bij de werkzaamheden.