7 juni 2012: Prins per helikopter naar opening
|
Zoeken: in, demonstratie, 1970-1979, Overijssel
Uitkomsten
- demonstratie:
- Het lopen van een (van te voren astgestelde) route
- 1970-1979:
- de jaren tussen 1970 en 1979
- Overijssel:
- Provincie Overijssel
Tegen Verdrag van Almelo
Ongeveer 50 mensen demonstreren in Almelo tegen uraniumverrijking en het net ondertekende Verdrag van Almelo, het samenwerkingsverband tussen Duitsland, Groot-Brittannie en Nederland. Dat verdrag moet leiden tot een industriele onderneming voor de fabricage van centrifuges en de bouw van ultracentrifuge uraniumverrijkingsfabrieken. De leden van de groep 'UC-Nee' lopen vanaf het stadscentrum de 5 km naar het terrein waar de fabriek gebouwd wordt.
Demonstratie ANVJ-Pinksterkamp UCN
Een voor die tijd zeer grote demonstratie op deze eerste Pinksterdag: 2500 mensen demonstreren in Almelo. De ANJV (Algemeen Nederlands Jeugd verbond) houdt haar jaarlijkse Pinksterkamp (16, 17 en 18 mei) dit jaar op een weiland niet ver van de bouwplaats en hoewel de locatie lang van te voren en toevallig gekozen is, is het ultracentrifuge-project een speerpunt, maar wel weer op de CPN-manier. De centrale leus van het weekend: Eenheid van de jongeren: tegen de Duitse atoombewapening; geen A-bom via Almelo. Er wordt gedemonstreerd tegen de deelname van West-Duitsland in Urenco en tegen de bouw van kerncentrales net over de grens in West-Duitsland (en tegen de Amerikaanse aanwezigheid in Vietnam). "Al met al", zo wordt in de Kampkrant A-Bomba(r)st nr. 2 verslag gedaan, "een geslaagde manifestatie, die een diepe indruk heeft gemaakt op de inwoners van Almelo".
Het jaar daarvoor waren er tijdens de ANVJ-Pinksteracties (toen niet in Almelo) ook al leuzen met dit thema te vinden, zoals "Ultra-centrifuge niet in Duitse handen" en "Kistemaker bommenmaker".
Geen verrijkt uranium voor Brazilië
Omdat UCN verrijkt uranium wil leveren aan de militaire dictatuur in Brazilië demonstreren zo'n 250 mensen in Almelo bij de fabrieken aan de Bornseweg. Vooral de PPR, die sterk vertegenwoordigd is in de lokale milieuraden, is ook landelijk actief rond dit thema. Toch gaat het in de speeches vooral over het feit dat uitbreiding 700 miljoen gulden gaat kosten en dus het argument van werkgelegenheid onzinnig wordt genoemd (‘Werkgelegenheid zonder radioactiviteit’). De politieke implicaties rond de levering en de internationale samenwerking, belangrijk voor de landelijke PPR, worden vrijwel niet benoemd. Toch lijkt ook de oppositie in de PvdA tegen de uitbreiding te groeien, zeer tegen de zin van minister-president Den Uyl in.
Geen levering verrijkt uranium aan Brazilië
De eerste grote demonstratie tegen de Ultracentrifugefabriek Nederland. Ongeveer 10.000 mensen komen naar Almelo om te protesteren tegen de uitbreidingsplannen van de verrijkingsfabriek, hoewel demissionair-premier Den Uyl de dag er voor meedeelde, dat de uitbreiding uitgesteld wordt. Die uitbreiding van de verrijkingscapaciteit moet plaats vinden voor o.a. een nieuw contract met Brazilië over de levering van verrijkt uranium. Dat land (een militaire dictatuur) is bezig de 'order van de eeuw' te bestellen in West-Duitsland (een aantal kerncentrales en een opwerkingsfabriek) en met het verrijkt uranium zijn ze dan technisch in staat atoombommen te maken.
Het personeel van de UCN plaats die dag een grote advertentie in de dagbladen, waarin ze meedelen zich bedreigd te voelen door de tegenstanders/sters van het project. Die zouden, aldus de advertentie, geen juist inzicht hebben óf volstrekt onware feiten hanteren in hun motivatie.
Grootse demonstratie tegen uitbreiding UCN
Eén van de grootste en indrukwekkendste demonstraties tegen kernenergie uit de geschiedenis van de Nederlandse antikernenergie beweging. Tussen de 40.000 en 50.000 mensen laten hun onvrede blijken met de UCN, met de geplande uitbreiding en met de mogelijke leverantie van verrijkt uranium naar Brazilië. Veertig maatschappelijke organisaties roepen op tot deze demonstratie. Tot ergernis van delen van de antikernergie-beweging wordt, voornamelijk onder druk van de PvdA, de leus ‘Stop UCN’ ingeruild voor ‘Stop uitbreiding UCN’.
Hoewel van te voren in een deel van de media de indruk wordt gewekt, dat, vooral, een grote groep demonstranten uit West-Duitsland, uit is op een harde confrontatie met de ME, is daar niets van te merken. Toch zijn er grote controles bij de grensovergangen en in de Duitse bussen rijden kamerleden van de PvdA en de PSP mee, om te voorkomen dat de bussen bij de grens terug gestuurd worden. Om 11 uur begint op het Marktplein in Almelo een manifestatie met muziek van Bots, Rapalje, etc. en sprekers/sters van politieke partijen en milieubeweging. Behalve een groep die een hek van het UCN-terrein omtrekken, is er op geen enkel moment sprake van een confrontatie. Ulrich Börger van de Duitse Bürgerinitiatieven: "De Nederlandse politie heeft zich onthouden van provokaties. Dat is totaal verschillend met de houding van de West-Duitse politie. Wij hebben al jaren geen betoging zonder provokaties van de politie".
Ondanks dit massale protest, besluit het kabinet Van Agt/Wiegel/Van Aardenne, enkele weken later toch tot uitbreiding van de UCN, maar de omstreden leverantie van verrijkt uranium aan Brazilië gaat na lange onzekerheid op het laatste moment niet door.
Meteen na de demonstratie heerst er teleurstelling; ondanks de enorme opkomst zijn er geen concrete resultaten: men heeft ook het idee te laat te zijn. Deze teleurstelling zal o.a. leiden tot het ontstaan van BAN (Breek Atoomketen Nederland); een groep die door middel van directe acties de strijd tegen kernenergie (en UCN, waar de eerste acties een jaar later tegen gericht zijn) te verdiepen.
Pas veel later, in 2015, blijkt dat er in een bouwloods op het terrein twaalf (M113) pantserwagens van de Kmar (Koninklijke Marechaussee) paraat staan die met scherpe munitie zijn geladen. Vanaf verzamelplaats Vliegbasis Twente wordt defensie-materiaal en -personeel in de nacht van 2 op 3 maart naar het UCN-terrein gebracht. Het gaat daarbij -deels- om dezelfde eenheid die een half jaar daarvoor, in september 1977, betrokken was bij de huiszoekingen in de Molukse wijken van Assen en Bovensmilde.